3 JULI 1991 hoogzomer. Silene, de Griekse maangodin, in haar laatste kwartier. Het boomblad hangt, dorstend naar een te lang weggebleven regenbui, te overwegen of het zich in de diepte zal storten of nog een nacht volhouden, misschien is het vooruitzicht, een gruwelijke dood op het smerige trottoir, van invloed op de krampachtige volharding. Het bijna voorbije etmaal is benauwend heet geweest en de achtentwintig graden van die middag plakken stroperig tegen de gevels van de verwaarloosde etagewoningen in het Haagse stadsdeel waarin mensen, die ervoor moeten zorgen dat de economie blijft draaien, zodat het banksaldo van mensen in villawijken de pan uit rijst, op een zo klein mogelijk aardoppervlak worden weg gepropt. Zoals gebruikelijk, op een avond als deze, in een wijk als deze, hebben veel bewoners de ramen omhoog geschoven zodat het binnenshuis ook heet wordt en een kakofonie van commerciële televisieshows, smartlappen en harde popmuziek door de straat galmt. Af en toe vloekt iemand en echoot geschreeuwde verwijten heen en weer. Ergens huilt een kind en een vrouw gilt dat het stil moet zijn waarop het harder gaat huilen. Het stinkt, zoals meestal in een straat als deze, in een wijk als deze op warme zomeravonden, naar opgedroogde krolse kater- en mannenpis en verkoolde barbecue gezelligheid.
Zo begint een stukje uit mijn verhaal dat gedeelten bevat die zeer realistisch beschreven zijn en dus minder geschikt voor hen die de realiteit liever uit de weg gaan. Het wordt geschreven vanuit het (on(der))bewuste, de stem in mijn hoofd zoals ik dat noem, die me soms weet te beschermen tegen de ergste misstappen in mijn leven. Vaak voer ik er gesprekken mee, maar in het openbaar zijn het natuurlijk slechts gedachten. Maar ik wil bij het begin starten. Mijn geboorte op 3 juli 1943. Het wordt een boek met de titel '7, mijn leven tussen droom en werkelijkheid'. Waarom 7 wordt wel duidelijk als je verder leest.
Lang geleden had ik een oude Commodore 64. Dat werkte heel wat beter dan de gammele kofferschrijfmachine bij mijn pogingen verhalen te schrijven, waar de hamertjes, die moesten zorgen dat er leestekens op het papier verschenen, vaak bleven hangen en die ik bij een vriend in Portugal achterliet.


Het was moeilijk kiezen >
1, 2, 3, 4, 5, 12, 17 of ??

Digitalis (je weet wel van die superrijke oplichter Suikerberg (nr. 3 rijkste met 324 miljard. Facebook en zo, na Musk(usrat) en Bezos), vingerhoedskruid, giftig bij een overdosis, kreeg me (en heeft me nog steeds) in haar klauwen. Uren, meestal in de nacht want ik had ook nog een baan, bracht ik door met wat ik dat ding kon laten doen. Schrijven, ja dat deed ik op die schrijfmachine ook. Maar ik raakte verslaafd aan wat er meer kon. In mijn berg cassette bandjes zocht ik het juiste muziekje wat instrumentaal begon en vervolgde met een liefelijk gezongen stem. Het nummer bracht ik over naar de Commodore en programmeerde er een bestand(je) op. Opslag van bestanden gebeurde op een Floppy, een slappe acht inch (203,2 mm) disc. Op de zoetgevooisde klanken plakte ik een digitaal vogeltje, met op de achtergrond de zee en volle maan.Ze keek neer op een kreeft op het strand die de weg kwijt was. Het bandje met muziek ben ik kwijt en het bestand ook hoewel ik de begin melodie nog steeds in mijn kop hoor. Muurschilderen was het volgende project (zie nr.1). Op een lege muur naast mijn bed schilderde ik de zee (toevallig had ik nog wat witte en blauwe verf) met in elkaar vloeiende strepen, net echte golven), een strand met een kreeft en de vogel, natuurlijk een zwaluw (want ik haat muggen) die naar de volle maan vloog. In de verte kladderde ik een klein vlot met een figuurtje erop. Mezelf uitbeeldend als een eenzame, in de richting van de horizon zoekende naar Liefde.
Ik verhuisde te vaak, muren en deuren mocht ik nooit meenemen en ik had geen camera. Ach, alles van waarde is weerloos volgens mij en nog iemand. Maar van schrijven (nr.5) sinds de kofferschrijfmachine kwam steeds minder terecht totdat ik dit tegen kwam bij Digitalis.... ….en verslaafd raakte aan het QWERTY toetsenbord. Een paar jaar later schreef en maakte ik samen met een paar vriend(inn)en als 'redacteur' (nr.12) een actie pamflet in kreeftcanon 'Het Kultuurbarbaar' (met een K natuurlijk ;-)). De VPRO vond het een flauwe grap toen ze het een paar afleveringen lang binnen kregen omdat ik vond dat ze het misschien wel leuk vonden. Tenslotte stuurde ik het pamflet ook naar de Koninklijke Bibliotheek (waar ze er wel blij mee waren) en vried(inn)en en bekenden. Ik luisterde vaak (tijdens het schrijven) naar Het Gebouw op VPRO/Vrijdag. De hele dag zeer interessante uitzendingen (schrijven en luisteren ging wel samen, ik heb tenslotte twee hersenhelften). Nu werd al een paar weken lang melding gemaakt dat ze post binnen kregen aan…(?) (nee, VAN... VPRO!) Het Kultuurbarbaar.
Ik was en ben ik nog steeds niet trots op het feit dat het mijn uitvinding is, maar ze begonnen zich bij de VPRO zorgen te maken omdat ze uitgemaakt werden voor cultuurbarbaren. Blijkbaar smeten ze (jammer genoeg) mijn pamflet ongelezen bij het oud papier anders hadden ze in de colofon kunnen lezen wie er achter John Vangelis en de stichting Koyannisqatsi zat. Goed, ik moest het raadsel maar eens oplossen en greep naar een telefoon. Een beetje reclame kon geen kwaad.

Duplicaat uit de krant van de Koninklijke Bibliotheek. (Het adres klopt natuurlijk niet meer.)
"Met de VPRO."
"Met John Vangelis van Het Kultuurbarbaar. Mag ik iemand van het programma Het Gebouw of VPRO vrijdag."
Na wat gekraak en inleidend gebabbel vroeg ze of ik er bezwaar tegen had in de uitzending te praten (nee, natuurlijk niet). Daar ging ze verder en vertelde wie ik was en waarom ik in de uitzending kwam.
"Dus Het Kultuurbarbaar bestaat echt?!", riep ze verbaasd.
Ik herinner me dat het Harmke Pijpers was die in de programma's altijd nogal kattig overkwam.
"Ja, en een beetje journalist had dat al lang uitgezocht. Ik ben al sinds mijn bewustwording lid van de VPRO en dat blijf ik voorlopig hoor, maar …. (blablabla)…. …. ik ben geen prater, ik probeer een schrijver te zijn", eindigde ik.
"Bedankt. Veel succes met het schrijven.''
"Ook bedankt, ik zal jullie Het Kultuurbarbaar blijven sturen, lees het eens als het niet te intellectueel is voor je is", zei ik misschien een beetje bits.
(Kattig kan ik ook zijn als ik mijn best doe).

Maar eerst wil ik iets vertellen over die vreemde (?) naam 'Het Kultuurbarbaar'. Ik weet niet meer wanneer en hoe dat in me opkwam. Misschien door Snoopy? >
Of kwam ik eerst het Hopi begrip "Koyaanisqatsi" tegen, een woord wat o.a. te vertalen is als 'Het leven is uit balans'. Zelfs dat weet ik niet meer. Planeet Aarde was 'alweer' lang geleden een tijdje, onder invloed van het Waterman tijdperk, bevolkt door Sterrenbeeldige mensen en ik spartelde erin rond als een Kreeft in schoon water. Ja, dat wisten jullie nog niet hè? Ga gewoon door met consumeer, meer nieuw, meer onzin.
< De Hopi zijn een indianenvolk in het noordoosten van Arizona in de Verenigde Staten van Amerika. Het is de meest westelijke groep van de Pueblo-indianen. Hopi is de afkorting van de term die het volk zelf gebruikt, Hopituh Sinom, ofwel "de mensen van Hopi". >

Waarom ik 'Het' gebruikte? Tenslotte was en is Het Kultuurbarbaar, een kwaliteitspamflet en dat geef je niet aan met DE Kultuurbarbaar.
Kwestie van soms uren zoeken, toch Snoopy?
Gegrepen door een magische kracht borduur ik met kleine steekjes dit woord achterop mijn spijkerjasje tijdens een klein jaar verblijf in het Vredes Actie Kamp Woensdrecht (het verslag daarvan komt later). Velen vroegen naar de betekenis, een enkeling begreep het en maakte een film. Niet gezien? Shame on you. Hij is nog te koop hoor. ;) Voor mij werd het de basis van vele activiteiten. Mijn buurman op het Noordereiland in Rotterdam was Henk Oosterling die de serie 'Ekologies handelen' (ja, hij schreef ook niet Ecologisch') in Het Kultuurbarbaar publiceerde, een bekend filosofisch schrijver. Hij studeerde filosofie, linguïstiek en Japans. Henk behaalde zijn master (cum laude) en promoveerde (tevens cum laude) aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, waar hij ook tot 2020 doceerde. Zijn filosofische inzichten heeft hij uitgewerkt naar een spannende en eigen visie op het klimaatprobleem onder de titel ´doendenken´. In zijn meest recente boek heeft Henk zijn inzichten verder uitgewerkt. Want wat staat ons te doen in confrontatie met het klimaatprobleem: vluchten, verstijven of vechten?

Als je oude nummers zou doorbladeren (helaas verloren gegaan behalve in de Koninklijke Bibliotheek (Den Haag) waar ze volgens mij alles bewaren?) kom je meer namen van mensen tegen die hun roots hebben gehad in dit, door sommigen ze genoemd, 'onbetekenend' blaadje dat volgens de KB in Den Haag: (D)wars van elk commercieel en soms literatuur technisch inzicht creatief door blijft gaan. Natuurlijk de hippies wilden onrecht veranderen, maar als het tegen zit stort het hulpeloos ineen en vlucht naar een droomwereld. Een enkeling had de kleuren paars, oranje en groen in het haar gespoten en riep PUNK, maar No Future was de toekomst. De meerderheid was YUP geworden, leefde zich uit in paars, oranje en groen gekleurde hippe kantoorkolossen (Postbank) en ander beton fascisme (NS, Metro).
Oorlogen werden gevoerd met Amerikaanse inmenging onder de vlag van UNO vredestroepen en de vredesactivisten zaten gevangen in het THC hasj WEB. De door laboratoriumproeven veroorzaakte HIV epidemie woekerde voort en de seksuele bevrijders zaten gevangen in het porno WEB. De ecologie, zelfbeheer en decentralisatie dacht in BIG megamarkt termen en de kabouterprovo's zaten in het XTC pillen WEB. Planeet Aarde zat gevangen in drieletter woorden.
Juist begonnen mijn zevende zevenjaren (49) leven te leven voelde ik weer wat borrelen. Het Kultuurbarbaar kwam weer boven als 'onderzees dwars pamflet in kreeftcanon', een lay-out technisch experiment dat veel puzzelen opriep bij het maken en lezen ervan. Controversieel, satirisch en uitlokkend om de boel wakker en dus levend te houden. Ik hield het acht nummers in vier jaar vol, toen was mijn geld weer op en ik besloot, gedachtig de uitspraak van Frank Zappa 'Als je de politiek wilt veranderen moet je je haar afknippen en politicus worden', het WEB binnen te dringen. De mens schept de meest waanzinnige voortbrengselen en beroept zich daarbij op de cultuur (met een C). Als we de toestand in Nederland bekijken, wat is dan 'onze' cultuur? Molens, klompen, tulpenbollen en tot vermaak van toeristen in klederdracht gestoken kinderen?
Of is 'onze' cultuur de 'kunstzinnige' uiting van leegstaande kantoorblokken. Snelwegen met viaducten en tunnels worden kunstwerken genoemd. Toegegeven het is een hele kunst om de leefomgeving zodanig te verzieken dat overleven steeds meer een kunst wordt. Je zou dus kunnen stellen dat cultuur tegengesteld is aan natuur. Dan is Kultuurbarbarisme het natuurlijke in de mens voorop stellen, in alle emoties, gevoelsmatige en kunstzinnige, rekening houdend met de gevolgen voor mens, dier, plant, aarde, water, lucht, enz. Het Kultuurbarbaar wil (nog steeds) aanzetten tot nadenken daarover.
Mijn, in eigen beheer, uitgegeven hardcover boek '7, is een leven tussen droom en werkelijkheid' over de eerste 49 levensjaren van mijn leven was het volgende project en ik hield op met Het Kultuurbarbaar na een geweldige tijd met een leuke redactie, reacties en mijn negatief banksaldo. Het duurde tien jaar voordat ik vond dat het boek klaar was. Net als het ingewikkeld in elkaar gezette pamflet vond ik dat ook dit boek niet zomaar een 'dagboek' moest worden. Dat bleek wel uit het voorwoord van “7...” : Mijn verhalen, werkelijk en onwerkelijk lijkende gebeurtenissen, fantasieën en filosofieën, gedichten en gedachten, lagen jarenlang in een bureaula. Mijn leven lag opgeslagen in een lade en op de vele Zettabytes bevattende harde schijf in mijn kop die het stadium van Yotta naderde. Ik deed er weinig mee tot de dag dat mijn negenenveertigste levensjaar inging en mijn onderbewuste me in de nacht van vier juli 1991 dwong alles tevoorschijn te halen. (Zetta=1021 Een Byte is een eenheid van 8 bits die elk een keuze tussen ja of nee vertegenwoordigen, elke Byte kan dus 64 keuzes maken. Yotta=1024 Een gevaarlijk stadium, de harde schijf crasht en begrijpt er geen jota meer van. Wat rest is idiota.).
Ik kon nog niet vermoeden dat het jaar dat volgde het heftigst van mijn leven zou worden. Alles werd opnieuw doorgemaakt en de deeltjes niet gearchiveerd leven vielen als puzzelstukjes op hun plek, zonder zich iets van mijn emoties aan te trekken. In één jaar werden alle verbindingen, tussen wat ik geschreven en nooit beschreven had, bloot gelegd. Het was één verhaal van het begin tot het eind, precies een jaar later. Tijdens de jaren die volgden kreeg ik met tussenpozen een duw die nodig was om verder te gaan en begreep ik steeds beter dat; 'Telkens als er iets op mijn weg kwam dat op geluk leek, al was het bedrieglijk, wilde ik het wanhopig vastgrijpen omdat ik wist dat het niet blijvend was'
Het werd een autobiografie, een gedichtenbundel, een sprookje, een horror, een geschiedenis, een fictie, een drama, een klucht. Het werd een, soms enigszins geromantiseerd, autobiologisch en surrealistisch schrijfselproject over een levenslange zoektocht naar Liefde. Alles lag overhoop en telkens moest ik opnieuw beginnen als: 'een klare bron die mijn dorst komt lesschen in de brandende woestijn der middelmatigheid welke ik zoo moeizaam doorkruis' (Stendhal - 'Le Rouge et le Noir'.) en ik vraag me af of dat gebeurd zou zijn zonder de enthousiaste reacties van mensen die stukjes uit de chaos lazen en me steeds weer vroegen om de rest.
Soms zal deze geschiedenis onwerkelijk overkomen, zoveel kan een mens niet meemaken in een half leven. Ik durf niet te verzekeren dat het zich afspeelt in één leven, maar mijn levensverhaal is het wel, iedereen die me kent zal dat bevestigen, al kwam het mezelf ook soms onwerkelijk voor. Dat ik een kreeft was wist ik. Dat ik een zeer maangevoelige zeven jaren cyclus aan het doormaken was werd ik me pas bewust in het 49ste levensjaar. Maar er volgde nog veel meer. Het verhaal bevat gedeelten die zeer realistisch beschreven zijn en dus minder geschikt voor hen die de realiteit liever uit de weg gaan. Het werd geschreven vanuit de realiteit, het bewuste, het onbewuste en het onderbewuste, de stem in mijn hoofd zoals ik dat noem, die me wist te beschermen tegen de ergste misstappen in mijn leven.